
Het Nieuwgriekse woord voor “koe” is αγελάδα (spreek uit: ajeládha) en
komt van het woord η αγέλη dat “de kudde” betekent. Op zijn beurt komt dit
woord (kijk, en nu wordt het leuk!) van het werkwoord άγω dat “leiden, voeren (en niet voederen!) betekent.
Wij kennen dit werkwoord wel, aangezien het in de uitgang –agogie zit, zoals in
de woorden “pedagogie, andragogie, orthopedagogie etc.
In het Oudgrieks bestond het woord αγελάδα
niet en werd met het woord o βοῦς de os, het rund en de koe bedoeld, waarbij voor de laatste
(vermoedelijk) αγελαία βοῦς werd gebruikt waarmee dan “een vrouwelijk rund
dat tot een kudde behoort” aangeduid werd. Geleidelijk bleef van dit αγελαία βοῦς het
woordje αγελάδα over.
En om even aan te haken bij het artikeltje van gisteren over oer-Hollandse
woorden met een Griekse achtergrond: wisten jullie dat ons woordje “boter”
afstamt van dit βους?
Het is namelijk een samenstelling van βοῦς en τυρός (dat in
het Nieuwgrieks τυρί is en
kaas betekent) en dat in het Nieuwgrieks βούτυρο. Hoewel
de Grieken en Romeinen eigenlijk geen traditie met boter hebben, zijn zij
vermoedelijk via hun contacten met barbaarse en mogelijk Germaanse stammen hiermee
in contact gekomen. Om te verklaren dat die stammen een vreemde benaming zouden
hebben overgenomen voor iets dat hen reeds bekend was, zou erop kunnen duiden
dat de Grieken en Romeinen wellicht een nieuwe bereidingswijze van boter maken hebben
geïntroduceerd.
Soms zijn woorden of namen niet direct te herkennen als Grieks, omdat wij in
het Nederlands vaak hun Latijnse schrijfwijze hanteren. Zo ook bijvoorbeeld de
naam Bucephalus ook geschreven als Bucefalas, het paard van Alexander de Grote.
De Griekse schrijfwijze is Βουκεφάλας
dat een samenstelling is van βοῦς (os) en κεφαλή
(kop), ossekop. Naar verluidt zou dit paard het brandmerk van een
ossekop op zijn dij gehad hebben.
Maar ook bij de naam Bosporus, de zeestraat in het huidige Turkije die de Zee van Marmara verbindt met de Zwarte
Zee, hanteren wij de Latijnse schrijfwijze. Deze naam komt van βοῦς en πόρος (ο πόρος –
doorgang, porie) waarmee de plaats werd aangeduid waar het rund/de koe het
water oversteekt. De naam Bosporus is ontstaan door
de mythe die vertelt dat het Griekse meisje Io in de gedaante van een koe deze zeestraat
overstak. De huidige
Bosporus zou overigens te breed en te diep zijn om het mogelijk te maken dat
een rund de oversteek maakt. Wel is het zo dat vele andere plaatsnamen ook
verwijzen naar doorwaadbare plaatsen voor koeien, zoals het Nederlandse Coevorden, het Duitse Ochsenfurt
en het Britse Oxford. Het Nieuwgriekse woord voor rund is το βόδι en is duidelijk afgeleid van het woord βοῦς.
Wat een geweldige pagina ! Daar word je wijzer van ! Dank je wel, Petra
Dank je wel voor je leuke reactie!